Diagnostische beschrijvingen von nieuwe of weinig bekende vischsoorten van Sumatra. Tiental I - IV

Pieter Bleeker

Reeds in meerdere vroegere ichthyologische bijdragen heb ik beschrijvingen medegedeeld van nieuwe vischsoorten von Sumatra. Ik werd daartoe in de gelegenheid gesteld voor talrijke verzamelingen, welke de welwillendheid van eenige vrienden en ambtgenooten mij deden toekomen, en aan feze wetenschappelijke bereidvaardigheid om de schatten van Sumatra's belangrijke vischfauna mij te doen geworden, hebben ook de ondervolgende beschrijvingen hun onstaan te danken. Het is mij eene aangename taak hier openlijk mijne erkentlelijkheid nit te drukken an de heeren P. Jakles, Dr. O. Kunhardt, H.W. Schwanenfeld, Dr. F.C. Schmitt en J.M. van Leer, aan welke ik talrijke verzamelingen heb te danken, weke mij meer dan 260 soorten van Sumatrasche zee- en zoetwatervischen heeben don kennen, De toezending van verzamelingen een overzigt te geven van het geheel der mij bekend gewordene soorten van de Sumatrasche vischfauna. Vij talrijke nieuwe Sumatrasche soorten bevinden zich echter reeds zoo lang in mijn bezit, dat ik gemeend heb er toe te moeten overgaan om hare beschrijvingen bekend te maken. Ik zal deze beschrijvinen bij tientallen mededeelen en daarbij weder mijne gewoonte volgen, om ook van die soorten diagnosen te geven, welke vroeger reeds meer of min bekend waten, doch welker kenmerking in meerdere of mindere mate te wenschen overlaat.

[...]

Ophicephalus urophthalmus Blkr.

Opiceph. corpore elongato compresso, altitudine 5 circiter in ejus logitudine; latitudine maxima 11/2 circiter in ejus altitudine; capite acuto conico-subpyramidali, 4 fere in longitudine corporis; latitudine capitis 2, altitudine 13/4 circiter in ejus longitudine; linea rostro-frontali declivi rectiuscula; fronte et et vertice planis declivibus; oculis diametro 7 circiter in longitudine capitis; diametro 12/3 circiter a se invicem distantibus; maxilla inferiore superiore longiore, antice dentibus pluriseriatis parvis, lateribus biseriatis serie interna caninoideis 6 ad 8; maxilla superiore paulo post oculi marginem posteriorem desinente, 22/5 circiter in longitudine capitis dentibus pluriseriatis parvis, caninoideis nullis; dentibus palatines et vomerinis uniseriatis caninoideis; squamis cycloideis, lateribus 55 p.m. in serie longitudinali; linea laterali antice paulo descencente postice rectiuscula; pinnis rotundatis; pectoralibus ventralibus longioribus 14/5 circiter in longitudine capitis; caudali 6 fere in longitudine corporis; colore corpore superne nigricante-viridi inferne argenteo; lateribus guttis sparsis nigris et albis notatis; operculo et media basi pinnae caudalis macula magna rotunda migra annulo coeruleo cncta; pinnis pectoralibus membrana flava radiis viridibus; ventralibus flavescentibus; pinnis verticalibus viridi-violascentibus, dorsali et anali basi guttis nigris et flavescentibus.

B.5. D. 1/39 vel 1/40. P. 1/17. V. 1/5. A 1/28 vel 1/29. C. 14 et lat. brev.

Habit. Palembang, in fluviis.

Longitudo speciminis unici 345'''.

Ophicephalus polylepis Blkr.

Opiceph. corpore elongato, antice cylindraceo postice compresso, altitudine 7 circiter in ejus logitudine; capite prismatico quadrilatero, 32/3 circiter in longitudine corporis, paulo latiore quam alto, altitudine 22/3 in ejus longitudine; linea rostro-frontali declivi rectiuscula; fronte et et vertice planis declivibus; oculis diametro 5 circiter in longitudine capitis; diametro 1 circiter a se invicem distantibus; maxilla superiore inferiore breviore suc oculi dimidio posteriore desinente, 3 in longitudine capitis; maxilla superiore dentibus pöuriseriatis parvis; vomere et palato dentibus aliquot conicis caninoideis; maxilla inferiore antice dentibus pluriseriatis parvis, lateribus dentibus biseriatis, serie externa conicis caninoideis; squamis cycloideis, lateribus 58 p.m., capitis postociöaro 16 p.m. in serie longitudinali; linea laterali antice rectiuscula sub radio dorsali 16 ° circiter deflexa, postice recta; pinnis dorsali et anali postice rotundatis; caudali, pectoralibus et ventralibus rotundatis, pectoralibus capite duplo brevioribus sed ventralibus multo longioribus; caudali 6 circiter in longitudine corporis; colore corpore superne viridi-nigricante inferne nigridi; lateribus inferne fasciis oblique-transversis diffusis viridi-nigricantibus p. m. 12; pinnis viridibus, dorsali et anali fasciis 2 longitudinalibus nigris vel maculis nigris in series 2 longitudinales dispositis; pinnis ceteris maculis nigricantibus variegatis.
Bleeker drawing of C. polylepis, a synonym of C. luciaTable 397, fig. 4: Ophicephalus polylepis. A drawing by Bleeker from his world famous atlas. O. polylepis is considered to be a synonym of C. lucia

B.5. D. 1/40. P. 2/16. V. 1/5. A 1/30. C. 12 vel 4 et lat. brev.

Habit. Solok, Sumatrae occidentalis, in fluviis.

Longitudo speciminis unici 114'''.

Aanm. Deze soort is gemakkelijk herkenbaar aan hare kleine operkelschubben, tandenstelsel, korte bovenkaaksbeenderen, getallen der vinstralen en kleuren. Haren naam heb ik ontleend aan de talrijke operkelschubben.

[...]

Acknowledgement and Source(s)

These passages were originally published in: Bleeker, Pieter: Diagnostische beschrijvingen von nieuwe of weinig bekende Vischsoorten van Sumatra. Tiental I - IV . Natuurkd. Tijdschr. Neder. Indié v. 3. pp. 569-608, 1852. The drawings have originally been published in Atlas ichthyologique des Indes orientales néerlandaises; publ. sous les auspices du Gouvernement Colonial néerlandais par Pieter Bleeker Part VIII, table CCCXCVII, fig. 4, 1878. The publishing on snakeheads.org has been made possible with several very helpful and cooperatives ladies of the Staatsbibliothek Berlin . Thankyou dear ladies of the Stabi, thankyou institution Stabi!

© 2001 - 2008 snakeheads.org HOME of this page